Versoepeling aanvraag gerechtelijke reorganisatie

Om een golf van faillissementen te vermijden, voerde de regering voor het eerst op 24 april 2020 een moratorium in voor faillissement. Dit moratorium werd diverse keren aangepast en verlengd, maar nam uiteindelijk een einde op 31 januari 2021. De regering was immers de mening toegedaan dat er betere instrumenten waren om de financiële moeilijkheden waarmee heel wat ondernemingen vandaag kampen, te bestrijden. Eén van die instrumenten is de gerechtelijke reorganisatie.

De minister van Justitie kondigde ten tijde van de afloop van het faillissementsmoratorium dan ook aan dat er gewerkt zou worden aan een versoepelde nieuwe regelgeving in het kader van de gerechtelijke reorganisatie. De bedoeling was voornamelijk dat de toegang tot de procedure in belangrijke mate zou worden versoepeld.

Op 11 maart 2021 heeft de Kamer het wetsvoorstel tot wijziging van boek XX van het Wetboek van economisch recht goedgekeurd, waarbij de drempel tot de aanvraag van de gerechtelijke reorganisatie aanzienlijk wordt verlaagd.

Op vandaag is het zo dat de aanvraag van een gerechtelijke reorganisatie een flinke papierwinkel met zich meebrengt. Bij de aanvraag tot opening van de gerechtelijke reorganisatie moet de verzoekende onderneming immers heel wat stukken aanleveren. Wanneer één van deze stukken ontbreekt, leidt dit tot de onontvankelijkheid van het verzoek tot opening van de gerechtelijke reorganisatie.

Het gaat onder meer over de twee recentste jaarrekeningen, een boekhoudkundige staat en een resultatenrekening van maximaal drie maanden oud, een begroting met een schatting van de inkomsten en uitgaven gedurende de eerste maanden van de gerechtelijke reorganisatie, een volledige lijst van alle schuldeisers,… Bepaalde van deze stukken moeten verplicht opgesteld worden met bijstand van een erkend cijferberoeper.

De voorbereiding van de aanvraag van een gerechtelijke reorganisatie vraagt van de verzoekende onderneming aldus niet alleen veel tijd, maar kost ook geld. Twee zaken waar ondernemingen een tekort aan hebben in deze coronatijden.

Aangezien de formele vereisten van de opening van de gerechtelijke reorganisatieprocedure van dien aard zijn dat heel wat ondernemingen waar het water aan de lippen staat, terughoudend zijn om een aanvraag in te dienen, werd op 4 maart 2021 een wetsvoorstel ingediend om aan deze problematiek tegemoet te komen.

De wet wordt aangepast waardoor de sanctie van de onontvankelijkheid van het verzoek tot opening van de gerechtelijke reorganisatie wordt opgeheven wanneer bepaalde stukken ontbreken bij het neerleggen van het verzoek. De verzoekende onderneming krijgt voortaan de mogelijkheid om bepaalde stukken later nog bij te voegen, of zelfs helemaal niet wanneer de onderneming niet in staat is om de gevraagde documenten op het latere tijdstip te verstrekken.

Deze wetswijzing treedt in werking de dag van bekendmaking in het Belgisch Staatsblad. Belangrijk om hierbij te vermelden is dat de maatregel al op 30 juni 2021 buiten werking treedt. Deze termijn kan wel worden verlengd door de Koning, hetgeen ons inziens nu reeds opportuun is om aan de doelstelling tot behoud van levensvatbare ondernemingen te voldoen.

Ondervindt u betalingsmoeilijkheden en wenst u meer informatie over de gerechtelijke reorganisatie, neem dan zeker contact op met lobke.pottie@marlex.be en fay.reynaert@marlex.be. Zij helpen u graag met de andere teamleden verder.