Automatische gegevensuitwisseling m.b.t. vermogen in het buitenland: bent u er klaar voor?

Binnenkort moet de aangifte in de personenbelasting opnieuw worden ingediend. Net als de voorbije jaren moet u in de aangifte melden of u al dan niet vermogen in het buitenland aanhoudt. Zo moet u o.m. melden of u houder bent van een bankrekening in het buitenland, of u een individuele levensverzekering in het buitenland heeft afgesloten, en of u oprichter of begunstigde bent van een juridische constructie. Indien u zou “vergeten” om één van deze meldingen te doen, dan kan dit ernstige gevolgen met zich meebrengen.

Situering van de meldingsplicht 

De meldingsplicht m.b.t. roerend vermogen in het buitenland, is de afgelopen jaren aanzienlijk strenger geworden. Voor aanslagjaar 2017 (inkomsten 2016) moeten in de aangifte volgende gegevens worden vermeld:

  • rekeningen in het buitenland: naam en voornaam van de titularis van de rekening – land waar de rekening geopend is – bevestiging dat de rekening gemeld werd bij het Centraal Aanspreekpunt (CAP);
  • individuele levensverzekeringen in het buitenland: naam en voornaam van de verzekeringsnemer – land waar de verzekeringsonderneming is gevestigd;
  • juridische constructies: naam en voornaam van de oprichters en de begunstigden – naam, adres en rechtsvorm van de juridische constructie – gegevens van de beheerder van de constructie – bevestiging dat de juridische constructie desgevallend is uitgesloten van de toepassing van de Kaaimantaks.


Gegevensuitwisseling op komst! 

Tot op heden had de fiscus maar weinig middelen in handen om na te gaan of de meldingen die u als belastingplichtige deed in uw aangifte, met de realiteit overeenstemden. Enkel indien de fiscus spreekwoordelijk “per toeval” in het bezit kwam van bepaalde gegevens (bvb. zoals in het kader van de Panama-papers), was een bepaalde controle mogelijk. Vanaf dit jaar komt er echter een grondige verandering in deze situatie.

Met ingang van 2017 wordt de Common Reporting Standard (CRS) van toepassing. De CRS is een internationale norm betreffende de automatische uitwisseling van informatie tussen belastingautoriteiten. Ingevolge deze nieuwe regelgeving zal de Belgische fiscus automatisch in kennis gesteld worden van bepaalde gegevens m.b.t. uw roerend vermogen in het buitenland.

De automatische gegevensuitwisseling heeft in eerste instantie betrekking op buitenlandse bankrekeningen, waarbij aan de fiscus het saldo van de rekening op 31 december 2016 zal worden medegedeeld, alsmede de roerende inkomsten (interesten & dividenden) die in 2016 op de rekening werden ontvangen. Dit geldt niet alleen voor rekeningen die op een persoonlijke naam staan, maar ook voor rekeningen op naam van een juridische constructie waarbij de melding zal gebeuren op naam van de uiteindelijke begunstigde.

Daarnaast heeft de automatische gegevensuitwisseling ook betrekking op de beleggingsverzekeringen van het type tak 21 en tak 23. Hier zal de naam van de verzekeringsnemer en de stand van de polis op 31 december 2016 worden medegedeeld aan de Belgische fiscus.

Controle wordt makkelijk… 

De automatische gegevensuitwisseling zal het voor de Belgische fiscus bijzonder eenvoudig maken om de meldingen in de aangifte in de personenbelasting te controleren. Door het linken van de uit het buitenland verkregen gegevens aan de gegevens van de aangifte, zal de computer heel snel detecteren welke aangiften onjuist of onvolledig zijn ingevuld.

De fiscus zal heel snel kunnen nagaan of een Belgische belastingplichtige zijn buitenlands roerend vermogen correct heeft aangegeven. Ook zal kunnen worden nagegaan of alle belastbare roerende inkomsten die in het buiteland werden ontvangen, correct werden aangegeven.

En de sancties? 

Wie in zijn aangifte in de personenbelasting geen melding heeft gemaakt van het buitenlands vermogen, riskeert in eerste instantie een administratieve boete. Voor het niet-vermelden van een buitenlandse rekening of levensverzekering kan de boete oplopen tot 1.250,- euro (art. 445, § 1 WIB 1992). De boete voor het niet-vermelden van een buitenlandse constructie bedraagt zelfs 6.250,- euro (art. 445, § 2 WIB 1992).

Indien er ook roerende inkomsten niet zouden zijn aangegeven, kan ook een belastingverhoging worden opgelegd. Wanneer wordt aangenomen dat de belastingplichtige heeft gehandeld met bedrieglijk opzet (wat het geval zal zijn bij het verzwijgen van buitenlandse inkomsten), bedraagt de belastingverhoging in de regel 50%. In dat geval worden ook nalatigheidsinteresten gevorderd a rato van 7% per jaar.

Naast de directe sancties, riskeert de belastingplichtige ook dat de fiscus de onderzoeks- en controletermijn zou gaan uitbreiden. Bij bedrieglijk opzet kan de normale controletermijn van drie jaar worden uitgebreid tot zeven jaar (art. 333, derde lid WIB 1992). Ook de aanslagtermijn kan worden uitgebreid tot zeven jaar (art. 354, tweede lid WIB 1992). Door de combinatie van belastingen, boetes, belastingverhogingen en moratoriuminteresten, kan de rekening behoorlijk hoog oplopen. En dan spreken we nog niet over de mogelijk illegale oorsprong van het kapitaal…

In ernstige gevallen, bvb. indien er aanwijzingen zijn van witwassen, riskeert de belastingplichtige zelfs een strafrechtelijke vervolging. Het maximale risico bestaat hier zelfs uit de volledige verbeurdverklaring van het buitenlandse vermogen.

Dan toch maar regulariseren? 

Wie vreest door de fiscus in het nauw gedreven te worden, kan nog steeds overgaan tot het indienen van een aangifte fiscale regularisatie. Via een fiscale regularisatie kan een belastingplichtige zowel fiscale als strafrechtelijke immuniteit verkrijgen voor de fiscale zonden die hij in het verleden heeft begaan.

Auteurs
Elke Malfait
Elke Malfait